Daags nadat ik te horen heb gekregen dat ik een vast
contract aangeboden krijg na mijn opleiding, besluit ik mijn pennetje weer eens
ergens te laten zakken. Na het fantastische nieuws ben ik op z’n minst
euforisch gestemd en heb dit dan ook gevierd, tezamen met enkele Belgische bieren.
Ietwat ‘brakkig’ word ik de volgende ochtend dan ook wakker. Ik maak er geen
haast klus van….
De penhengels heb ik een tijdje geleden al weer opgepoetst,
de lijnen zijn vers en de onderlijnen vernieuwd. Mijn favoriete haken zijn ook
weer aangevuld. Aan het materiaal kan het dus niet liggen!
Rond 9:30 verschijn ik aan het water. In de zomer ligt dit
water bezaaid met leliebladeren en ander waterspul. Nu is het een kale
bedoening. Met de mist die hier nog ronddwaalt, doet dit allemaal een beetje
melancholiek aan. Ik ben benieuwd wanneer de beloofde zon doorbreekt. Op een
t-splitsing van het water zie ik, tijdens het maken van mijn ‘voerrondje’,
verdorde stengels uit het water steken. Een prima plekje om wat voer te
strooien. Bij een vuilbalk ligt een enorme hoeveelheid vuil opgehoopt. Ik
denk wel een oppervlakte van 40 m2! Ook hier gaat wat voer het water in.
Daarnaast wordt de duiker ook niet overgeslagen. Ik weet de dieptes van de
verschillende plekken uit mijn hoofd. Dit vooral omdat ik mijn haakje bij
verkassen aan de startoog van de hengel bevestig. Zo kan ik onthouden op welke
diepte ik lag(tellen van de ogen). Scheelt tijd met peilen op de verschillende
stekken.
Ik begin bij de duiker, waar het zo’n 1,5 meter diep is. De
stroming wil heel graag mijn pennetje mee de duiker in nemen, maar ik houd de
boel strak. Het is lastig vissen bij deze duiker, maar na enige oefening toch
best te doen. Regelmatig registreert de pen onderwater leven. Lijken op
lijnzwemmers en ik krijg geen concrete aanbeten. Na 45 minuten verplaats ik
mijzelf naar de vuilhoop. Ondertussen breekt de zon goed door en is de mist
nagenoeg opgelost. Het wordt zelfs warm! Dit geeft de burger moed. Ik plaats
mijn pennetje tussen het vuil en wacht het allemaal in spanning af. Vanaf deze
stek kan ik de voerplek bij de verdorde stengels, die zo’n 5 cm. uit het water
steken, goed in de gaten houden. Dit ondanks de afstand van zo’n 15 meter. Ik
kijk nog eens goed richting de stengels. Er lijkt toch wat beweging in te
zitten! Langzaam sluip ik richting activiteit. Ik blijf even kijken. De
stengels staan op zo’n 40 cm. uit de kant. Duidelijk: er wordt hier geploegd
door een vis. De stengels draaien alle kanten op en mijn hartslag neemt een run…
Langzaam laat ik mijn pennetje zakken tussen al het geweld onder water. Na een
minuut(misschien zelfs iets minder) zakt mijn pen langzaam weg. Ik wacht tot de
volgwakers volgen en geef een felle tik. Ik haak vast op een karper en deze
neemt een trage, lome sprint. Is nog eenvoudig te pareren, omdat de karpers nog
niet op volle kracht zijn door het koude water. Na 5 minuten ligt er een
prachtige karper van 73 cm. op de kant. Snel een foto en weer lekker laten
zwemmen.
Ik controleer het haakpuntje van mijn klauwhaakje en deze
lijkt in orde. Ik voer een klein handje bij en ga daarna weer terug naar de
duiker.
Daar gaat het erg snel. Amper ingelegd en de pen schiet weg!
Ik sla aan en haak een grotere karper dan zo juist. Duidelijk te zien, want de
karper kwam al snel naar de oppervlakte. Bij de eerste sprint veert mijn hengel
weer terug. Ok, de eerste losser van 2016 is ook een feit. Balen. Ik check de
haak nogmaals en krijg het idee dat het haakpuntje niet helemaal optimaal is.
Snel een andere onderlijn monteren en we kunnen weer verder. Een tijd lang
schuif ik van voerstek naar voerstek, zonder enig activiteit te ontdekken. Het laatste
uurtje besluit ik te blijven vissen bij de verdorde stengels. De reden is dat
dit gedeelte ondieper is dan de rest van het water en het zonnetje hier
uitbundig op schijnt. Snellere opwarming van het water. Het duurt niet lang. De
stengels krijgen enkele ‘tikken’. Daarna worden ze enkele malen compleet
weggeduwd. Er zit weer een karper te ploegen. De pen beweegt onbeheerst alle
kanten op. Ik zit op mijn handen om niet te vroeg aan te slaan. Het wordt even
stil. Een moment om mijn handen om het kurk te vouwen. Dan schiet de pen plots
weg. Razend snel zwiep ik de hengel omhoog en ik haak weer een karper. Een
prachtig gekleurde poldervis. Hoewel een fractie kleiner dan de vorige,
gevangen vis toch, iets sterker. De karper is weliswaar ook traag en loom, maar
geeft zich niet zomaar gewonnen. Ik dril de vis rustig moe. Geen reden om te
haasten, want het water is schoon en obstakelvrij. Eenmaal op de kant blijkt de
haak dieper te zitten dan dat ik gewend ben. Toch het aas met veel vertrouwen
genomen. Met een tangetje wip ik de haak er zo uit uit. Een foto en de vis
heeft de vrijheid weer snel terug.
Wat kan zo’n relaxte sessie voor veel voldoening zorgen. Ik
keer tevreden terug naar huis.
Groet,
Dale